Het nieuwe project voorziet volgens De Vries in een grote behoefte. ‘In Amsterdam dienen veel daklozen een aanvraag in voor maatschappelijke opvang. Maar daarvoor gelden strenge eisen. Driekwart van de aanvragen wordt afgewezen.’ Per jaar ontstaan op die manier zo’n 2.000 economische daklozen. Denk aan mensen in een scheiding en studenten of werknemers van ver weg. Zij worden verwezen naar de Regenboog Groep, gespecialiseerd in de Amsterdamse daklozenproblematiek.
Sociale huurder als hospita
Deze organisatie kende al verschillende projecten voor daklozen die tussen wal en schip vallen. Zoals het Stoelenproject, dat een slaapplaats biedt. Het project Onder de Pannen biedt sociale huurders die een kamer over hebben, de mogelijkheid wat bij te verdienen. Een dakloze huurt deze kamer voor maximaal een jaar via de Regenboog Groep, waardoor geen sprake is van onderhuur. In dit jaar kan hij op zoek naar een permanente woning. In 50 procent van de gevallen lukt dit ook.
Egbert de Vries: ‘Op deze manier werden zo’n 100 daklozen geplaatst. De Regenboog Groep heeft het project uitgebreid door huurders met een kleine schuld een aantrekkelijk aanbod te doen. Als zij hospita worden, lost de Regenboog Groep hun schuld af. Dat wordt verrekend met de huur die de hospita normaal gesproken zou hebben ontvangen.’
Geen concurrentie met woningzoekenden
Desondanks blijven jaarlijks nog aardig wat mensen over die dakloos (dreigen te) worden. Dit nieuwe project, ook aangestuurd door de Regenboog Groep, moet hun tegemoet komen. ‘Amsterdam telt ongeveer 1.000 woningen met een vergunning voor tijdelijke verhuur. 200 daarvan worden voor dit project gereserveerd.’
‘Deze woningen vallen buiten het normale woningverdelingssysteem. Reguliere woningzoekenden hoeven dus niet te concurreren met daklozen. De potentiële kandidaten moeten in ieder geval een heldere link met de stad hebben. Het mag geen daklozentoerisme worden. En zij moeten zich bereid verklaren een woning te delen.’ De Amsterdamse wethouders verleenden hun goedkeuring aan het project. ‘Er zullen nog altijd daklozen zijn die op andere voorzieningen zijn aangewezen. Maar we hopen op deze manier aardig wat mensen te kunnen helpen.’