De oproep van VNG en Aedes volgt op een noodkreet van COA. Die vreest dat het aanmeldcentrum in Ter Apel binnenkort de situatie niet aan kan omdat de doorstroom naar opvanglocaties en definitieve huisvesting stokt. Het COA deed daarom een oproep aan gemeenten om tijdelijke noodlocaties langer open te houden en om vaart te maken met het plaatsen van statushouders.
VNG en Aedes vragen concreet aan hun leden om in gemeenten met een gemiddelde grootte de komende periode 4 statushouders versneld te huisvesten. Dat gaat om gemiddeld 2 woningen per gemeente. Deze statushouders vallen onder de wettelijke taakstelling van gemeenten en wachten in opvang om uit te stromen naar een woning. Het aantal is inmiddels opgelopen tot 19.000. Gemeenten en corporaties wordt gevraagd afhankelijk van de lokale situatie mogelijkheden te bekijken, per gemeente kunnen verschillende oplossingen gekozen worden.
Voorkomen acute opvangproblemen
De oproep moet op korte termijn leiden tot een uitstroom van statushouders uit de AZC’s. De leeggekomen plekken kunnen dan worden opgevuld met asielzoekers uit Ter Apel. Dit biedt een aanzienlijke verlichting voor de opvanglocaties, waarvan een aantal begin volgend jaar sluit. Zo moeten acute problemen in de opvang worden voorkomen. VNG en Aedes realiseren zich dat daarmee het probleem op langere termijn niet opgelost is en blijven in overleg over vervolgstappen.
Een ander effect zal zijn dat kostbare vormen van noodopvang worden voorkomen. ‘Het is essentieel dat een goede verdeling van statushouders over gemeenten blijft bestaan’, aldus VNG-voorzitter Sharon Dijksma. ‘Gemeenten kunnen daarmee COA-locaties ontlasten. We zien dat de problemen in de opvang snel toenemen en we kunnen ons niet veroorloven dat opnieuw asielzoekers op straat terecht komen.’
Aedes-voorzitter Martin van Rijn ziet de oproep als een noodmaatregel voor een acuut probleem: ‘De woningnood is hoog en de enige manier waarop we die echt te lijf kunnen is door zo snel mogelijk bij te bouwen. Dat doen we voor iedereen die op een huis zit te wachten en daarover maakten we op de Woontop afspraken. Dat kost tijd. Goede huisvesting helpt mensen het meest, dus we moeten er zo snel mogelijk vanaf dat we miljarden in opvangvoorzieningen steken. Dat geld kunnen we veel beter gebruiken voor huizen en flexwoningen, waarin alle mensen die urgent een woning nodig hebben, terecht kunnen.’