Rijksbegroting 2024: de belangrijkste plannen voor woningcorporaties

Nieuws Nieuws · 19 september 2023
Expert
Richard Bos
Senior lobbyist

Het kabinet presenteerde dinsdag 19 september 2023 de Rijksbegroting voor 2024 met daarin een pakket maatregelen om de koopkracht van met name kwetsbare huishoudens te verbeteren. Zo verhoogt het kabinet de huurtoeslag met ruim € 34 per maand en trekt hier in totaal € 750 miljoen voor uit de komende jaren. Voor het kindgebonden budget is € 1 miljard extra ingeruimd.

 

Ook komt er € 300 miljoen beschikbaar voor de woningbouwimpuls in 2024 en wordt het budget voor de startbouwimpuls met € 50 miljoen opgehoogd naar € 300 miljoen. Ten slotte kondigt het kabinet een Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) naar Nieuwbouw en Grond aan.

 

Op deze pagina een overzicht van de belangrijkste plannen voor woningcorporaties.

Bekijk ook het overzicht met belangrijkste plannen voor werkgevers.

Huur- en inkomensbeleid

Huurtoeslag

  • De huurtoeslag gaat in 2024 met ongeveer € 34 per maand omhoog voor alle huurtoeslagontvangers. Dat is goed nieuws voor de bijna anderhalf miljoen huishoudens die huurtoeslag ontvangen.
  • De eerder aangekondigde verlaging van de huurtoeslag, om de Wet Versterking Regie op de Volkshuisvesting en de Wet Betaalbare Huur te bekostigen, staat nog wel in de plannen. Hoewel het op termijn om een verlaging van slechts € 3 per maand gaat, minder dan eerder verwacht, blijft Aedes het principieel onjuist vinden dat huurders opdraaien voor de kosten van deze wetten.
  • De vereenvoudiging van de huurtoeslag wordt uitgesteld naar 2025. De extra kosten die dit met zich meebrengt worden bekostigd uit een verlaging van de huurtoeslag met € 4 per maand. Ook dit vindt Aedes principieel onjuist.
  • Het ministerie heeft nog steeds het voornemen de Wet Betaalbare Huur in 2024 in te voeren. Hiermee wordt de middenhuur gereguleerd. Aedes is voorstander van die wet. 

Huurbeleid

  • De eenmalige huurverlaging 2023, voor lagere inkomens die huren van woningcorporaties, kan conform de bestaande regeling ook in 2024 nog aangevraagd worden door zittende huurders.
  • De maximaal toegestane huurverhoging per woning in het gereguleerde huursegment is gelijk aan de CAO-loonontwikkeling (CAO); dit geldt voor alle verhuurders met woonruimte in het gereguleerde segment.
  • De maximaal toegestane gemiddelde huurverhoging per woningcorporatie (maximale huursomstijging voor woningcorporaties) is gelijk aan CAO-loonontwikkeling minus 0,5 procentpunt (CAO-0,5%).
  • Het CPB raamt dat de CAO-lonen stijgen met 5,8% in 2023 en 5,6% in 2024. Als deze raming uit komt mogen de huren in 2024 en 2025 worden verhoogd met respectievelijk 5,3% en 5,1% conform de Nationale Prestatieafspraken (NPA).  
  • De raming voor de inflatie is 3,9% voor 2023 en voor 3,8% voor 2024. 
  • Voor huurwoningen in het geliberaliseerde segment (vrije sector) geldt de maximering op huurprijsverhoging tot 1 mei 2024. Op die datum vervalt de Wet maximering huurprijsverhogingen geliberaliseerde huurovereenkomsten. De maximaal toegestane jaarlijkse huurverhoging is dan gelijk aan: (de laagste van CAO-loonontwikkeling en Consumentenprijs index (CPI)) + 1 procentpunt.
  • Het kabinet zet in op verlenging van deze wet na 1 mei 2024 (tot 1 mei 2027), maar met maximum CAO-loonontwikkeling + 1 procentpunt

Vooral aandacht voor koopkracht lagere inkomens

  • De gemiddelde Nederlander gaat er komend jaar 1,7% op vooruit. Maar het kabinet heeft vooral aandacht voor de koopkracht van lagere inkomens. Zo gaat het kindgebonden budget omhoog en de huurtoeslag. Ook is extra geld beschikbaar voor mensen die de energierekening niet kunnen betalen.

Armoede- en schuldenbeleid

  • Gemeenten ontvangen € 50 miljoen voor bijzondere bijstand en om schulden vroegtijdig te signaleren. Door de verschillende maatregelen denkt het kabinet te voorkomen dat het aandeel Nederlanders in armoede toeneemt.
  • Door de voorstellen in de miljoenennota blijft het aantal personen onder de armoedegrens gelijk op 4,8%. Het aantal kinderen in armoede daalt van 6,2% naar 5,1%, in plaats van een stijging naar 7%.  

Huurcommissie

  • De verhuurderbijdrage wordt door het wegvallen van de verhuurderheffing verlaagd (van de helft) naar een derde van de netto lasten van de geschilbeslechting (totale lasten minus de legesinkomsten); BZK draagt de resterende twee derde bij. Maar door de verwachte toename van het aantal zaken zal de bijdrage voor de sector in totaal wel hoger uitvallen.

Fiscale zaken

  • De voorbereiding start om gedifferentieerde belastingtarieven voor gas en elektriciteit te introduceren. Daarbij is in het bijzonder aandacht voor blokverwarming.  
  • De bij de voorjaarsnota aangekondigde aanscherping van ATAD voor vastgoedlichamen: het schrappen van de € 1 miljoen vrijstelling levert op termijn € 50 miljoen per jaar op voor het Rijk. Het is nog steeds onduidelijk hoe dit exact wordt uitgewerkt; implementatie is voorzien voor 2025. Deze aanscherping raakt, afhankelijk van de uitwerking, ook corporaties. Vooral kleine corporaties met een jaarlijkse rentelast van € 1 miljoen of minder worden hierdoor geraakt. De totale impact op de sector is maximaal € 4 miljoen per jaar.
  • EIA-aftrekpercentage gaat omlaag van 45,5% naar 40%. Effectief daalt daarmee de fiscale subsidiëring van kwalificerende maatregelen van 11,8% naar 10,3% Corporaties maken slechts in beperkte mate gebruik van dit instrument.  

Stelsel

  • Met inwerkingtreding van het stelsel van de Omgevingswet per 1 januari 2024 zal het Bouwbesluit 2012 ingetrokken en opgevolgd worden door het Besluit bouwwerken leefomgeving.
  • In 2024 en verder wordt gewerkt aan nieuwe wijzigingen van het Besluit bouwwerken leefomgeving en de implementatie daarvan.
  • Met ingang van 1 januari 2024 wordt de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) stapsgewijs ingevoerd. Voor nieuwbouwactiviteiten gaat de wet per 1 januari in, en voor verbouw per 1 juli 2024.
  • Extra middelen voor provincies en gemeenten voor uitvoering Regiewet en Wet betaalbare huur: er komen middelen beschikbaar voor uitvoering regiewet en betaalbare huur. € 133 miljoen in 2024, € 104 miljoen in 2025 en ongeveer € 85 miljoen in de periode 2026-2028. Structureel is hier € 59,5 miljoen voor begroot.  
  • Er komt een Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) naar het instrumentarium van het Rijk over woningbouw en grond. Het doel van dit IBO is om in kaart te brengen welke bestaande en mogelijk nieuwe instrumenten er bestaan voor een goed functionerende aanbodkant van de woningmarkt. En op basis hiervan te inventariseren wat mogelijke concrete beleidsopties en pakketten zijn om het woningaanbod te stimuleren. Expliciet onderdeel van het onderzoek zijn de afspraken met woningcorporaties en de financiële positie van de sector. 
  • De inwerkingtreding van de wet Versterking Regie op de Volkshuisvesting is voorzien in 2024.

Nieuwbouw

  • Op het gebied van Nieuwbouw zien we vooral maatregelen die al in uitvoering zijn of eerder zijn aangekondigd. Het gaat dan over de NPA, woondeals, versnellingstafels, grootschalige woningbouwlocaties, de startbouwimpuls, flexwoningen, regulering middenhuur, randvoorwaarden zoals stikstof en geluidsregels en standaardisering van eisen.
  • Middelen van het ministerie gaan vooral naar de WoningBouwImpuls (€ 300 miljoen: openstelling eind 2023, uitkering in 2024) en de Grootschalige Woningbouwgebieden (€ 12,5 miljoen Stationsgebied Hoofddorp en € 50 miljoen Arnhem). Maar ook naar ondersteuning zoals flexpools (ruim € 42 miljoen) en woondeals (€ 4,5 miljoen).
  • In 2024 wordt € 26,5 miljoen ingezet vanuit de woningbouwimpuls voor uitvoeringskracht binnen het woningbouw domein (€ 10,5 miljoen), voor de verlenging Uitvoeringsorganisatie Versnelling Tijdelijke Huisvesting (€ 9 miljoen) en voor extra inzet interne capaciteit (€ 7 miljoen); ten behoeve van de extra inzet binnen het woningbouw domein.
  • Voor de StartBouwImpuls (SBI) die al in 2023 voorzien is, is € 50 miljoen extra uitgetrokken, waardoor het totaal nu € 300 miljoen is.
  • Het ministerie werkt ook aan de opvolging van de NOVI, een nieuwe Nota Ruimte. Gedurende het jaar zullen medeoverheden, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en inwoners van Nederland hierbij worden betrokken.

Flexwonen 

  • Er is ruim aandacht voor flexwonen in de rijksbegroting. De opdracht voor de UVTH (uitvoeringsorganisatie van de Taskforce versnelling tijdelijke huisvesting) wordt verlengd met 9 maanden, hiervoor is € 9 miljoen beschikbaar.
  • Er komt € 220 miljoen voor de financiële herplaatsingsgarantie voor flexwoningen. In 2023 komt er al een specifieke uitkering (SPUK) voor de fysieke herplaatsingsgarantie op basis van de bestaande samenwerkingsovereenkomsten. En voor 2024 worden eerst nieuwe Intentieovereenkomsten met gemeenten afgesproken. Het Expertteam Woningbouw van het RVO blijft beschikbaar voor de inzet van deze garantieregelingen.
  • Voor de stimuleringsregeling flex- en transformatiewoningen is eerder in 2023 ruim € 300 miljoen beschikbaar gesteld voor een meerjarig vervolg (2024-2028). Voor 2024 is ruim € 132 miljoen beschikbaar.
  • Daarnaast komt er € 6 miljoen beschikbaar voor het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) dat aanvullende kosten gaat maken voor hun flexwoningen (indexering). 
  • Het RVB start met een nieuwe directie Gebieds- en Vastgoedontwikkeling, waarvoor van 2022 tot en met 2026 jaarlijks € 1 miljoen beschikbaar is voor de apparaatskosten.
  • Verder zijn aan het RVB opdrachten verleend. Voor 2024 is er bijvoorbeeld € 3,35 miljoen gereserveerd voor het RVB om panden voor spoedzoekers te transformeren.

Veilig en gezond wonen

Funderingsschade

  • Er komt nog deze maand (sept 2023) duidelijkheid over de brede aanpak van funderingsproblematiek door de landelijke overheid.

Asbest

  • In 2024 volgt een evaluatie van het asbeststelsel. De evaluatie vindt naar verwachting een half jaar na inwerkingtreding van de wijzigingen plaats.
  • Wat betreft asbestdaken zal in de periode 2023 ‒ 2025 de inzet van de Rijksmiddelen gericht zijn op communicatie- en bewustwordingscampagne. Na 2025 wordt geëvalueerd of deze campagnes hebben geleid tot een verhoogd saneringstempo en daarmee een doelmatige besteding van rijksmiddelen.

Verduurzaming

  • De stukken voor Prinsjesdag bouwen wat verduurzaming betreft door op het beleid dat al ingezet was. Dit is een combinatie van subsidies/stimulering en normering. Voor corporaties sluit dit aan op de afspraken uit de NPA.
  • De overheid zet naast energiebesparing steeds meer in op vermindering van het grondstoffengebruik. Dit zal zich ook gaan vertalen in aangescherpte regelgeving (MPG)
  • De afbouw van de saldering zoals die door de Tweede Kamer is aangenomen, staat nog steeds opgenomen. De Eerste Kamer moet hier nog over stemmen. De minister heeft aangegeven de huursector te willen compenseren met € 100 miljoen. Dit is niet opgenomen in de huidige begroting.
  • Er komen meer middelen beschikbaar voor de ISDE, vanwege de reeds aangekondigde normering op verwarmingsinstallaties. Corporaties kunnen hier gebruik van maken voor (hybride) warmtepompen.
  • Zoals eerder aangekondigd zet het Rijk in op betere ondersteuning voor VvE’s en aanpassing van de regelgeving. Ook wordt er geld vrijgemaakt voor de landelijke uitrol van Soorten Management Plannen (SMP’s).
  • Ook wordt de SAH met een jaar verlengd in afwachting van een nieuwe subsidieregeling. Voor de Warmtenet Investerings Subsidie (WIS) is de komende jaren geld gereserveerd.
  • De inspanningen op wetgevingstrajecten als de WGIW en WCW gaan door. Inzet van het Rijk daarbij is dat gemeenten, in lijn met de NPA, in 2024 uitvoeringsplannen opleveren.
  • Aangekondigde subsidieregelingen: de procesondersteuningsregeling SPOR (totaal € 19 miljoen) en subsidie voor industriële aanpak uitfasering EFG-labels woningcorporaties (ca. € 84 miljoen).
  • Nieuwe belastingschijf energiebelasting. Het kabinet is voornemens een extra belastingschijf voor de energiebelasting te introduceren. Voor gas zit deze op een verbruik van 1.000m3 en voor elektriciteit op 2.900 kWh. Deze schijven worden per 1 januari 2024 geïntroduceerd. De tarieven voor de eerste en tweede schijf zijn dan nog gelijk, maar kunnen vanaf dat moment verlaagd worden. Met name voor gasverbruik is de uitvoering in situaties met blokverwarming complex. Voorkomen moet worden dat huishoudens achter een blokverwarming over hun hele verbruik een hoger belastingtarief gaan betalen of dat ze veel inspanningen moeten verrichten om dat tegen te gaan. 
  • De verkoop van Europese emissierechten levert € 3,4 miljard aan extra inkomenssteun uit ETS 2 in 2027 op voor de Nederlandse staat. Door de ETS gaat de energierekening omhoog. Aedes wil daarom dat dit geld wordt ingezet voor verduurzamen van woningen.

Isolatie

  • Er komt een collectieve aanpak woonisolatie. Dit betreft het beschikbaar stellen van extra middelen (€ 425 miljoen) aan gemeenten specifiek voor kwetsbare huishoudens in energetisch slechte woningen (particuliere eigenaren en VvE’s). Zodat bij deze huishoudens de woningen een hogere mate van verduurzaming kunnen bereiken. Deze middelen kunnen bovenop de middelen voor de lokale aanpak worden ingezet. De middelen zijn bedoeld voor isolatie- en energiebesparende ventilatiemaatregelen en voor eventueel interne voorzieningen ten behoeve van aansluiting op warmtenetten (indien aan de orde in het kader van de wijkaanpak;  € 119.000 in 2023, € 160.000 in 2024, €146.000 in 2025. Daarna 0). Lees ook eerder nieuwsartikel.

Bijzondere doelgroepen en leefbare wijken

Asielopvang/ statushouders

  • Er is meer geld beschikbaar voor gemeenten voor asielopvang. Tot 2026 €4 miljard, waarvan € 1,1 miljard al dit jaar
  • De capaciteit gaat omhoog: van 31.000 nu, naar 41.000 vaste bedden.
  • Met de middelen voor de regeling huisvesting grote gezinnen kunnen gemeenten financiële ondersteuning krijgen bij het aanpassen van woningen, zodat deze geschikt zijn voor bewoning door grote gezinnen vergunninghouders. Dit gaat om € 4 miljoen.

Aandachtsgroepen

  • In de woondeals is afgesproken dat er regionaal afgestemde woonzorgvisies komen voor alle aandachtsgroepen. De woondeals worden vanaf 2024 geactualiseerd met de huisvestingsopgave voor aandachtsgroepen die volgt uit de woonzorgvisies. De in 2023 opgezette brede ondersteuningsstructuur blijft provincies, gemeenten en woningcorporaties in 2024 ondersteuning bieden bij het opstellen van de woonzorgvisies.
  • Gemeenten gaan in 2024 aan de slag met het maken van een huisvestingsverordening met daarin een urgentieregeling voor specifieke aandachtsgroepen. Deze maatregelen zijn opgenomen in het wetsvoorstel versterking regie op de volkshuisvesting.
  • In 2023 hebben de regio’s gewerkt aan een vertaling van het Nationaal Actieplan Dakloosheid naar een regionaal plan. 2024 staat in het teken van de uitvoering van deze regionale plannen. Op landelijk niveau komt in 2024 de eerste uitvraag voor de kwantitatieve monitoring
  • Er is structureel een bedrag van € 62 miljoen voor de aanpak dakloosheid beschikbaar gesteld.

Leefbaarheid algemeen

  • Er gaat meer geld naar leefbaarheid en veiligheid in 20 stedelijke focusgebieden, die vallen onder het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid. Voor de uitvoering in 2024 is € 92 miljoen beschikbaar (€ 42 miljoen in 2023). Uitvoering en budget van de SPUK-regeling (specifieke uitkering) Kansrijke wijk valt hier ook onder. Ook wordt verkend of de verschillende departementale regelingen van SZW, OCW en BZK tot 1 SPUK samengevoegd kunnen worden.
  • Voor het Volkshuisvestingsfonds is in 2024 nog € 293 miljoen beschikbaar. Dit fonds is gericht op herstructurering van de bestaande woningvoorraad in kwetsbare gebieden door middel van een impuls in leefbaarheid, (maatschappelijke) voorzieningen en buitenruimte.
  • Er blijft een brede aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit. Hiervoor zijn al structurele middelen ter beschikking gesteld: € 1,5 miljoen per jaar.

Regio

Elke regio telt

  • Het Rijk neemt de adviezen uit het rapport Elke regio telt! over. Dit betekent dat beleid en manier van investeren anders ingeregeld gaan worden: dus toetsen van effect op de regio en betere uitvoerbaarheid voor mede-overheden organiseren. Er wordt bijvoorbeeld gesproken over spreiding van rijksdiensten en het vormen van duurzame samenwerkingsverbanden. De adviezen uit het rapport Elke regio telt! worden samen met onder meer maatschappelijke organisaties uitgewerkt. 

Groningen

  • De kosten van de 50 maatregelen uit een ‘Nij begun’ om de schadeafhandeling en versterking van huizen milder, makkelijker en menselijker te maken, zijn meegenomen in de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

Wonen en Zorg

  • Een deel van de besparingen in de ouderenzorg is van de baan, ongeveer € 225 miljoen:
    • Wetsvoorstel meerjarige contracten komt later;
    • Verplichte norm 2 verzorgenden op 8 bewoners wordt losgelaten.
  • In 2024 ondersteunt het Rijk gemeenten en provincies bij het verder uitwerken van woningbouwplannen voor ouderen. Ook kunnen er aanvragen worden ingediend voor een stimuleringsregeling voor ontmoetingsruimten.
  • Daarnaast richt het Rijk zich op het stimuleren van doorstroming van ouderen naar een passende woning. Het stimuleren richt zich zowel op de ouderen zelf als op de corporaties en gemeenten en op de leefomgeving. Bij de leefomgeving worden gemeenten en ontwikkelaars gestimuleerd om aandacht te besteden aan de leefomgeving waarin ouderen (komen te) wonen, zodat mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen.
  • Subsidieregeling intergenerationeel wonen (vanaf zomer 2023; totaal beschikbare bedrag t/m 2027 is € 58,4 miljoen).
  • Subsidieregeling geclusterde verpleegzorgplekken (vanaf 2e helft 2023; totaal beschikbare bedrag t/m 2027 is € 312 miljoen; waarvan € 57 miljoen voor het stimuleren van wooncombinaties van jongeren en ouderen).
  • Voor de stimuleringsregelingen die bijdragen aan de bouw van geclusterde wooneenheden voor ouderen en ontmoetingsruimtes is € 36,8 miljoen beschikbaar in 2024. Deze konden in 2022 en 2023 aangevraagd worden.
  • Daarnaast is er nog de recent geopende Stimuleringsregeling Zorggeschikte Woningen (SZGW) waarmee € 75 miljoen gemoeid is, en waar nog tot 31 december 2023 aanvragen voor kunnen worden ingediend.