Breda wordt klimaatbestendig en biodivers met de CoOLbox

Breda als stad in een park, dat is het doel van de aanpak klimaatadaptie en biodiversiteit van de gemeente, woningcorporaties en huurderskoepels. Het waarom, hoe en wat van deze aanpak én verschillende concrete gezamenlijke acties staan in de publicatie CoOLbox. Programmamanager Anneke van Veen, Bas Hoefeijzers van gemeente Breda en Jessie Bekkers, bestuurder van corporatie Laurentius, vertellen hoe zij succesvol samenwerken.

Sinds het voorjaar van 2020 werken de gemeente Breda, de corporaties Alwel, Laurentius en WonenBreburg en de gezamenlijke huurderskoepels Breda samen in de Initiatiefgroep Klimaatadaptatie en Biodiversiteit. Het blijft niet bij mooie plannen, er zijn ook al concrete projecten in gang gezet, gekoppeld aan bijvoorbeeld renovatieprojecten, onderhoud, nieuwbouw en dagelijks beheer. 

Gemeente, corporaties en huurders werken samen

Hoefeijzers: ‘In Breda werken we aan een stad in een park. We gaan uit van groen waar het kan en steen waar het moet. Want we willen dat Breda een stad is waar iedereen prettig en gezond kan wonen.’ Voor de aanpak van een stad zijn woningcorporaties aangewezen samenwerkingspartners. Zij bezitten ongeveer een derde van alle woningen in de stad. Dat zijn dikwijls woningen in meer compact gebouwde wijken, met grotere kans op wateroverlast en hittestress. Van Veen: ‘Daarnaast  betrek je de bewoners. De corporaties hebben een directe link met hen: binnen de prestatieafspraken via de Huurderskoepels en in de buurten via bijvoorbeeld wijkteams.’

Bekkers: ‘Klimaatadaptatie en biodiversiteit worden voor corporaties langzaam maar zeker serieuze aandachtspunten. De gemeente heeft bijvoorbeeld subsidies voor het vergroenen van tuinen. Wij willen dat deze ook terecht komen bij de huurders. Denk aan acties als tegels vervangen door groen en de aanleg van tuintjes.’ Hoefeijzers vult aan: ‘Als je een prettige stad wilt, moet je sowieso de kwetsbare wijken aanpakken. Maar we hebben door de hele stad uitdagingen. In de binnenstad wordt het zomers bijvoorbeeld echt te warm, andere locaties zijn weer gevoelig voor wateroverlast. Voor de gemeente is de algemene aanpak van droogte, hitte en biodiversiteit reden genoeg om met elkaar aan het werk te gaan.’

Kijk ook eens bij

Contact met bewoners

De nauwe samenwerking tussen gemeente en corporaties is niet alleen logisch maar ook noodzakelijk. Zowel de gemeente als de corporaties hebben, verspreid in de stad, bezit. Hoosbuien houden geen rekening met eigendoms- of beheersgrenzen. Daarom is het nodig om contact met elkaar te zoeken en te werken aan een optimale aanpak om schade en overlast te voorkomen. Bekkers: ‘We merken dat aanpak van hittestress of wateroverlast een makkelijke manier is om in gesprek te komen. Huurders hebben er direct last van en willen dan ook graag dat wij in actie komen.’

Het werken aan klimaatadaptatie en biodiversiteit is opgenomen in de prestatieafspraken. Door te werken op basis van die prestatieafspraken zijn huurders automatisch betrokken. Bekkers: ‘Bewonersbetrokkenheid vinden wij als corporatie essentieel, het gaat tenslotte om hún woonomgeving. We merken dat de meeste bewoners positief reageren op het vergroenen van de openbare ruimte.’ Van Veen benadrukt dat je als corporatie of gemeente mensen daarbij moet ondersteunen. Dit soort dingen gaan immers niet vanzelf!

CoOLbox biedt inspiratie

Deze manier van samenwerken is, mét alle mooie projecten die al lopen, te vinden in de CoOLbox (Coöperatief Opereren voor de Leefomgeving). Andere corporaties, gemeenten en huurderskoepels kunnen zich hierdoor laten inspireren en de ervaringen gebruiken bij hun eigen aanpak. Van Veen: ‘De CoOlbox is geen statisch product. We gaan die verder uitwerken zodat de aanpak zo goed mogelijk in het DNA van de samenwerkingspartners komt. En we gaan natuurlijk voor méér pareltjes. Op naar een goed gevulde CoOLbox.’