Zonnepalen als roerende goederen
Het huurprijzenrecht staat toe dat corporaties voor bepaalde diensten en leveringen naast de huur een extra vergoeding vragen in de vorm van servicekosten. Bijvoorbeeld voor de schoonmaakkosten van de algemene ruimtes in een flat. Ook voor zonnepanelen is zo’n vergoeding mogelijk. Alleen als zonnepanelen panelen als roerende goederen zijn geplaatst, kan de corporatie deze verrekenen via de servicekosten. Zonnepanelen zijn roerende goederen als ze niet fysiek zijn geïntegreerd in de dakconstructie of onderdeel zijn van het energetisch ontwerp van de woning. De woning moet ook zonder de zonnepanelen zelfstandig kunnen functioneren.
Houd er rekening mee dat de salderingsregeling gaat veranderen.
Lees meer over de afbouw van de salderingsregeling
Niet in de servicekosten bij integrale verduurzaming zoals NOM
Bij nul-op-de-meter-woningen (NOM) mogen corporaties de zonnepanelen niét in de servicekosten opnemen. Dit blijkt uit een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 26 juni 2018. Bij NOM-woningen zijn de zonnepanelen een integraal onderdeel van het ontwerp. Zonder de zonnepanelen functioneren de woningen niet meer als NOM-woning en zou de woning incompleet worden. Het maakt daarbij volgens de rechter niet uit of de zonnepanelen technisch gesproken in het dak van de woning zijn geïntegreerd of daarvan kunnen worden verwijderd.
Maar ook bij andere all-electric oplossingen zijn zonnepanelen integraal onderdeel van het totale verduurzamingsconcept van de woning. Dan gelden de panelen niet als roerend goed en kan de corporatie geen vergoeding in de servicekosten opnemen.
Er is een vergoedingentabel gemaakt voor duurzaamheidsinvesteringen voor duurzaamheidsinvesteringen.
Lees hoe ook rechters worstelen met zonnepanelen in de blog van advocaat Marco de Boer