Conceptueel bouwen met certificering zal standaard worden

Nieuws Nieuws · 19 september 2022
Expert
Maarten Georgius
Adviseur opdrachtgeverschap

Sneller en goedkoper bouwen draagt bij aan de oplossing van de woningnood. Met conceptueel bouwen kom je een heel eind. En met certificering van woonconcepten bespaar je nog meer tijd, geld en capaciteit. Hoe werkt dit in de praktijk?  

Fijn Wonen is een bedrijf dat zich specialiseert in conceptueel bouwen en werkt aan certificering op zo veel mogelijk vlakken. ‘Wij werken met allerlei kwaliteitscertificaten, denk aan ISO of de CO2-prestatieladder’, vertelt Menso Oosting, directeur van Fijn Wonen. ‘Wij richten ons nu op certificering van ons volledige product, de woning.’ Tot nu toe werkt Fijn Wonen met losse certificeringen van losse onderdelen, bijvoorbeeld het ontwerp en de assemblage van installaties. Heb je als conceptueel bouwer een productcertificaat, dan kun je aantonen dat je woningen voldoen aan alle kwaliteitseisen. Voor gemeenten komt er ruimte om zo toe te werken naar bijvoorbeeld een vergunning in 1 dag.

Besparing in tijd, geld en capaciteit

Als je van tevoren alles laat toetsen en certificeren, hoef je dat op projectniveau niet meer te doen. Je gaat van projectmatig naar procesmatig werken. Oosting: ‘Dit is echt een andere kijk op de bouw. Vooraf bedenken, testen en valideren we alles. Op projectniveau zijn we daar geen tijd, energie en geld meer aan kwijt.’

Dat scheelt naast tijd en geld ook ‘handjes’, geeft Oosting aan. ‘Een steeds groter wordend obstakel is namelijk personeelsgebrek, bij bouwbedrijven én bij gemeenten.’

Deze omslag in werken vraagt natuurlijk wel wat van een bouwbedrijf. Als bouwer moet je de processen goed ontwerpen, implementeren en onderhouden. Ook het interne kwaliteitssysteem, waarmee je de toepassing van de normen monitort en bijstelt, moet op orde zijn. Verder zul je producten moeten definiëren in een bibliotheek, zodat vooraf bekend is wat er buiten gerealiseerd kan worden. ‘Dus alle variaties zijn vooraf bedacht, getest en gevalideerd op alle relevante eisen en richtlijnen. Dit klinkt misschien eenvoudig, maar vraagt echt om een andere manier van denken. Het valt niet mee om jezelf continu te monitoren op kwaliteit. Alles moet transparant en controleerbaar zijn.’

Werken met certificering vraagt om aanpassing

Oosting realiseert zich dat deze systematische aanpak niet voor alle partijen zo vanzelfsprekend is. ‘We kunnen met deze manier van werken een flinke stap zetten in het oplossen van de woningnood, en ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat we deze kant op moeten. Maar het vraagt tijd. Mensen en instanties kunnen niet van de een op de andere dag de knop om zetten.’

Conceptueel bouwen met certificering is dus nog geen gemeengoed. Het is vooral een kwestie van vertellen en laten zien dat het hier om woonconcepten gaat van hoge kwaliteit waarmee eindeloos gevarieerd kan worden.

Dat deze manier van werken uiteindelijk standaard wordt, is voor Oosting wel duidelijk: ‘Dit is volgens ons de enige manier waarop de bouw de groei van 1.000.000 woningen met een krimpende arbeidsmarkt en een toenemende behoefte aan kwaliteit en duurzaamheid kan realiseren. Het is voor ons niet de vraag óf, maar wanneer conceptueel bouwen met certificering de standaard wordt.’