Aedes-congres: goed wonen voor mensen is basis voor bestaanszekerheid

De opening van het congres ging over de politieke actualiteit. Op het terrein van wonen en volkshuisvesting laten de voornemens in het hoofdlijnenakkoord van het nieuwe kabinet continuïteit in het beleid zien. ‘Gelukkig, daar hebben we ook flink voor gepleit. Het gaat nu vooral om uitvoering van plannen’, zei Aedes-voorzitter Martin van Rijn. Die continuïteit biedt kansen, tegelijkertijd is er nog veel in te vullen en zijn er zorgen, bijvoorbeeld over de toewijzing aan vergunninghouders en over de aandacht voor kwetsbare wijken.

Woningcorporaties blijken flink op dreef om de ambities uit de Nationale Prestatieafpraken om te zetten in plannen, blijkt uit de Aedes-forecast 2024 (NPA). Het is de tweede voortgangsmeting van de Nationale Prestatieafspraken (NPA). Die afspraken maakten woningcorporaties in 2022 over nieuwbouw, betaalbaarheid, leefbaarheid en verduurzaming. Samen met andere partijen staan corporaties voor ambitieuze plannen. Om ze waar te maken moeten corporaties de komende jaren meer geld lenen.

De doelstelling van 250.000 nieuwe sociale huurwoningen komt op papier in zicht, maar de meeste plannen voor de middellange termijn zijn nog onvoldoende ‘hard’. De woningbouwplannen voor middenhuur en geclusterde woningen blijven nog achter. De relatie met de gemeente is cruciaal om de plannen te verwezenlijken: voor beschikbare bouwlocaties, voor het versnellen van procedures en voor het stellen en uitvoeren van kaders zoals woonzorgvisies. 

Tijdens het congres hebben de leden van Aedes de nieuwe langetermijnvisie vastgesteld. Heel veel bestuurders en medewerkers van corporaties hebben erover meegepraat. Martin van Rijn sprak er met trots over. ‘Uit de nieuwe visie spreekt ambitie, die we vanuit onze volkshuisvestelijke taak noodzakelijk vinden’, zei hij. ‘Het is een zelfbewuste stap naar voren. De langetermijnvisie is een fundament voor de toekomst. We doen het samen, dat is de beste borging om ons werk ook in de toekomst zelfbewust te kunnen blijven doen. En we zijn er gezamenlijk aanspreekbaar op. Want uiteindelijk komt maatschappelijke waardering door prestaties.’ 

Aedes-bestuursleden Henk Peter Kip, Rob van den Broeke en Esther Borstlap gingen in een panelgesprek in op financiële zekerheid van de sector voor de langere termijn. Het duurzaam prestatiemodel waaraan gewerkt wordt, moet inzicht geven hoe corporaties voldoende financiële middelen blijven houden voor hun volkshuisvestelijke opgaven. Dat is nodig voor de langetermijn-continuïteit van het woonbeleid: ‘Wij beheren als rentmeesters het vermogen voor de volkshuisvesting, we moeten nu ook al denken aan huurders en woningzoekenden van de toekomst.’

In een extra verenigingscongres na de zomer wordt een voorstel voor een duurzaam prestatiemodel en onderlinge solidariteit besproken. Ter voorbereiding daarop is een reeks ledenbijeenkomsten gepland om meningen op te halen en het resultaat voor te bespreken.

Voor het realiseren van alle nieuwbouwopgaven is een goede samenwerking met projectontwikkelaars van grote betekenis. Daarom hebben Aedes en NEPROM elkaar opgezocht en met elkaar 6 leidende principes voor samenwerking afgesproken. Die principes werden goed ontvangen op het verenigingscongres. Kern is elkaar goed leren kennen en over en weer transparant zijn over financiële principes en rekenmethodieken. Dan kun je op basis van vertrouwen langjarig samenwerken en de woningbouwproductie samen verder aanjagen. 

• In het Aedes-bestuur zijn 3 nieuwe leden benoemd voor een termijn van 4 jaar: Anneke Allewijn (bestuurder Sint Antonius van Padua), Jaap Huibers (bestuurder Rentree) en Marieke Kolsteeg (bestuursvoorzitter Hef Wonen).
• Er is een stand van zaken gegeven van de evaluatie van de Governancecode. Op het najaarscongres wordt de herziene code vastgesteld. 
• De jaarrekening van Aedes over 2023 is vastgesteld.

Aansluitend was er een dialoogsessie met corporatiebestuurders, VNG directeuren Leonard Geluk en Albert Vermue en een aantal wethouders Wonen. Zij spraken onder andere met elkaar over het versnellen van woningbouw, over standaardisatie van nieuwbouw en over lokale prestatieafspraken.