Zomer 2022 kreeg Haans kreeg de vraag van de minister zich hiervoor in te zetten. ‘Om de boel in beweging te krijgen’, zoals hij zelf zegt. De taskforce en de uitvoeringsorganisatie waren opgericht om corporaties te ondersteunen bij de realisatie van verplaatsbare woningen. De taskforce had een sturende rol en bleef na het eerste halfjaar als waakvlam beschikbaar om partijen te ondersteunen en aan elkaar te verbinden. De UVTH was er voor de inhoudelijke ondersteuning. Denk aan advies over juridische belemmeringen, de vraag hoe je gemeenten kunt betrekken, hoe je draagvlak creëert, hoe je omgaat met weerstand of hoe je de financiering rond krijgt.
Toen Haans aan deze klus begon was de vraag die hij kreeg vooral ‘waarom verplaatsbare woningen’. Nog geen half jaar later vroegen partijen ‘hóe kunnen wij verplaatsbare woningen realiseren’, dat was een kantelpunt. Inmiddels was wel duidelijk dat verplaatsbare woningen echt kunnen helpen bij het terugdringen van de woningnood. Haans wil benadrukken dat verplaatsbare woningen altijd in aanvulling komen op permanente woningen en nooit in plaats van. ‘Je hebt een mix van middelen, die moet je ten volle benutten: permanente woningbouw, verplaatsbare woningen, optoppen. Maak gebruik van alle kansen die er zijn.’
Zorg voor gemengde buurten
De vraag naar verplaatsbare woningen, ontstond door de toestroom van vluchtelingen uit Oekraïne. Vervolgens werden de woningen ook ingezet voor huisvesting van statushouders. ‘Een prima oplossing voor mensen die snel iets nodig hebben’, zegt Haans. ‘Maar daar zit dan ook meteen een risico aan: je plaatst een bepaalde categorie huurders geconcentreerd bij elkaar. Dat is een risico voor het draagvlak in de buurt. Net zoals in gewone woonwijken moet je ook hier streven naar menging van huurders. We weten allemaal dat een gemengde buurt bijdraagt aan de leefbaarheid.’
Corporaties en gemeenten die een project met verplaatsbare woningen willen realiseren, stuiten nogal eens op weerstand van omwonenden. ‘Dat heeft vaak te maken met het beeld dat mensen hebben van de nieuwe huurders. Ze zijn bang dat die problemen met zich meebrengen: vluchtelingen met oorlogstrauma’s, ex-gedetineerden, mensen uit de maatschappelijke opvang. Daarom moet je mengen. Zorg bijvoorbeeld dat een deel van de woningen bestemd is voor doorstromers uit de eigen wijk. Als je weet dat jouw kinderen daar terecht kunnen, sta je toch heel anders tegenover verplaatsbare woningen in jouw wijk.’
Woningen van goede kwaliteit
Verder is Haans blij met de positieve draai die de taskforce en UVTH hebben weten te geven aan de beeldvorming rondom verplaatsbare woningen. ‘Het zijn kwalitatief volwaardige woningen, die in de meeste gevallen voldoen aan de eisen voor permanente bouw. Dat beeld moeten we ook blijven uitdragen: je krijgt woningen met een robuuste uitstraling voor je deur, die ook nog eens duurzaam zijn en geen containers.’
Als laatste wil Haans nog meegeven dat je als corporatie en gemeente samen kunt zoeken naar tijdelijke locaties. ‘Natuurlijk is het altijd ingewikkeld met bestemmingsplannen, procedures en bezwaren. Zoek sámen naar oplossingen. Het geeft misschien gedoe, maar dat valt in het niet als je kijkt naar de enorme woningnood. Die moeten we samen bestrijden.’
Vragen over verplaatsbare woningen?
Nu de Taskforce en Uitvoeringsorganisatie Versnelling Tijdelijke Woningen zijn opgeheven, kun je bij RVO terecht voor ondersteuning. Heb je praktische vragen over het realiseren van verplaatsbare woningen? RVO organiseert maandelijkse vragenuurtjes. Aanmelden kan via de website van RVO.
Of neem contact op met het Expertteam Woningbouw van RVO.
Veel informatie en ondersteunende instrumenten voor het realiseren van verplaatsbare woningen vind je op de website Volkshuisvesting Nederland.