Aanbod woningcorporaties
Voor de zomer heeft Aedes, in nauw overleg met bouwers en 40 corporaties, minister De Jonge (Volkshuisvesting) aangeboden om snel 10.000 verplaatsbare huizen (flexwoningen) te bouwen voor spoedzoekers. Daarvoor moet wel aan een aantal randvoorwaarden worden voldaan, zoals geschikte locaties en garanties van het Rijk zodat corporaties minder risico lopen en de businesscase door kunnen rekenen.
Het aanbod is inmiddels uitgewerkt in twee trajecten. Het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) heeft 2.000 verplaatsbare woningen ingekocht die corporaties over gaan nemen. Daarnaast sluit Aedes binnenkort een raamovereenkomst waarop corporaties in kunnen tekenen. Zo kopen ze flexwoningen volgens een afgesproken standaard in bij een aantal geselecteerde producenten.
Lees verder onder de afbeelding
Rijksgaranties om risico’s te beperken
Om de bouw van flexwoningen te ondersteunen heeft de minister nu een financiële herplaatsingsgarantie vastgesteld. Hij kwam die overeen in overleg met Aedes en de VNG. Van de garantie kunnen corporaties en andere exploitanten gebruik maken. Er wordt ook nog gesproken over een fysieke herplaatsingsgarantie. De minister informeerde de Tweede Kamer op dinsdag 6 december 2022 over de financiële herplaatsingsgarantie.
De garantie past bij de doelstelling die de minister heeft om 37.500 flex- en transformatiewoningen te realiseren voor eind 2024. Doel is om de lange wachtlijsten voor sociale huurwoningen te verkleinen en om een flexibele schil van betaalbare huurwoningen te creëren.
Financiële garantie als woning niet herplaatst kan worden
Flexwoningen staan 10 tot 15 jaar op een locatie en worden daarna verplaatst en verder geëxploiteerd op een andere locatie. De financiële herplaatsingsgarantie is bedoeld voor de situaties waarin het niet lukt om na de eerste periode een volgende locatie te vinden. De kosten zijn dan immers nog niet terugverdiend en de corporatie blijft zitten met het verlies. Binnen de herplaatsingsgarantie zijn afspraken gemaakt hoe dit verlies wordt verdeeld tussen Rijk, gemeente en corporatie (of andere exploitant).
Herplaatsen
Het uitgangspunt is dat flexwoningen herplaatst worden. Alle betrokken partijen zullen zich inspannen om een goede nieuwe plek te vinden. Achtereenvolgens wordt bekeken of de woning herplaatst kan worden in de gemeente of het werkingsgebied van de corporatie dan wel elders in Nederland. Een onafhankelijke marktmeester zoekt mee. Als dat niet lukt, kan de corporatie financiële compensatie ontvangen. De marktmeester toetst dan de waarde van de woning en berekent de uitkering. De verdeling van het garantiebedrag is 60% Rijk, 25% gemeente en 15% voor de investeerder.